Op onze reis naar het Zuiden van Frankrijk voor een fietstocht. Neen geen Alpe de S maar een tocht tussen st Maxime en Saint Tropez…Een stunt tussen vrienden.Als tussenstop in het stadje Molsheim in de Alsace beland. Nota bene de stad waar de Bugatti wagen wordt gebouwd. Dus niet in Italia maar in de Frans maar wel indertijd door ee Italiaan begonnen. Raden hoe het Hotel heet… Na inchecken in het hotel een wandeling door de stad gemaakt. Trouwens weinig Bugattis te zien op straat.
Dit stuk Frankrijk ademt Frankrijk maar tegelijkertijd zie je Duitse elementen. In de cafés wordt een dialect gesproken die een mengvorm is van beide culturen en talen. Niet te verbazen als je door de eeuwen heen dan weer Frans dan weer Duits wordt en omgekeerd. Als goede Nederlander waren we met de auto buiten de muren gebleven omdat in het eigen vaderland het in de binnenstad nooit lukt een plaats te vinden. Verbazing alom als het blijkt dat in de binnenstad plenti parkeerplaatsen zijn tot en met het hoofdplein. Plein met een aantal interessante gebouwen waaronder het Gildehuis (very much german) van de Slagers. Goed restaurant onderin waar je eisbein en sauerkraut kunt krijgen begeleid door een Bourgogne wijn. Aan de overkant het stadhuis met geweldige tromp- euil schilderingen op de muren. De stad was dan wel rijk maar blijkbaar net niet rijk genoeg om echte ornamenten op de huizen aan te kunnen leggen.
Verder wandelend naar de Hoofdkerk waar vroeger een jezuïeten klooster was gevestigd was. Grote kerk voor de omvang van de stad.
Buiten een monument voor de gevallenen. Duitse namen met franse voornamen als Pierre/Jaques/ Betrand etc.
De kerk zelf is groot en licht van binnen met twee zeer gekleurde kapellen van een ouder datum. Walt Disney kleuren om het te omschrijven. In een van de kapellen ligt de bisschop, stichter van het aanpalende ziekenhuis het Hospice. Naar het grafzerk te zien is het een grote man geweest. Thuis overleden, de twee hondjes aan de voeten zijn daarvan het symbool.
In de kerk zit een eenzame man in een kerkbankje .Zeker om te bidden. Dus fluisterend en stilletjes lopen we rond.
Opeens worden we door deze eenzame meneer aangesproken. Wat wij van de kerk vinden. Het gesprek wordt een rondleiding door de kerk. De bouw is gestart in 1628 en pas in 2008 afgerond. Daar weer blijkt het vertrouwen van de bouwers dat het ooit af zou zijn en zij het in veel gevallen niet meer mee zouden maken.
Verder zijn er nog de banken uit de eerste tijd aanwezig. Maar gezien de kerk ook voor concerten wordt gebruikt is gekozen om stoelen in de middenbeuk te plaatsen. De kerk zelf is in opdracht van de Jezuïeten orde gebouwd =avait de l’ argent, hadden m.a.w. de pegels= om dit grote bouwwerk te laten bouwen. Anders dan bij andere kerken in de omgeving wensten de opdrachtgevers veel licht toe te laten want dat zou de gelovigen aantrekken. De meeste kerken in deze regio zijn donker door de donkere glas in lood partijen. De Jezuïeten waren meer markttechnisch ingesteld. Licht betekent makkelijker toegang en dus volle kerk en niet te vergeten roem.
De kerk is de tweede grote kerk in de Alsace. De andere in Mulhouse, horen we, telt niet mee omdat die aan de Protestanten is gevallen.
Onze begeleider vertelt ons dat hij gepensioneerd is en dat hij als Guardien twee uur per week in de kerk oplet dat de kunstschatten niet in de verkeerde handen vallen. Voorbeeld geeft hij door de wijzen naar de preekstoel waar de houten fries met engeltjes er eens is afgezaagd. Het kan niet gekker.
Op mijn vraag of hij dan twee uur alleen is geeft hij toe dat hij dan soms neiging heeft om tegen de bisschop te gaan praten. Het geeft wel innerlijke rust alleen in een grote kerk van 60 meter lang.
Toch blijkt de man nog een vraag te hebben.
Of wij Duits zijn. Neen, maar waarom deze vraag. Deze man van ruim boven de 70 verteld ons het volgende. Toen Duitsland Alsace had ingenomen werden op decreet van Hitler alle jongemannen naar Duitsland gedeporteerd en in het Duitse leger opgenomen. Vechten mochten zij in de Russische campagne. Roepen tegen de russen dat je fransman was hielp niets. Het Duitse uniform was voldoende voor de kogel als je inmiddels niet van de kou was omgekomen.
Zijn broer was een van deze jongemannen en nooit meer teruggekomen. Wij zijn Fransen en dat moet duidelijk zijn. Je ziet de diepe pijn in de ogen van deze aardige oude man als hij dit verteld.
Er wordt nog wat doorgepraat over ditjes en datjes van het stadje en de politiek. Op een gegeven ogenblik breng ik voorzichtig de actualiteit van Straus Kahn in het gesprek. De ogen lichten op. Een blamage voor Frankrijk van deze franse zoon. Misschien had hij net teveel vijanden gemaakt. Cherchez la femme (zoek de vrouw) zullen we maar zeggen. Maar ja hij hoeft zich geen zorgen te maken want hij is getrouwd met een van de rijkste vrouwen in Frankrijk. Een guitig lachje en een knipoog is ons ten deel. Bovendien het is -not abnormale- in die kringen zie messieur Sarki…
Het geplande korte bezoekje is allengs uitgelopen. Maar welk en schat aan informatie over de stad, de mensen en de kerk.
Een gemeend merci beaucoup en au revoir en hier of elders….je weet maar nooit.
woensdag 29 juni 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten